Stad + land

Vormgeven aan stad en land

Deze longread gaat over de voortdurende zoektocht naar synergie tussen het natuurlijke systeem (de natuurlaag) en de menselijke ingrepen hierop (de cultuurlaag). In veel projecten van H+N+S komt dit thema terug; we zijn altijd op zoek naar de juiste balans tussen de mens en haar inwerking op het natuurlijk systeem. De bureaupublicatie =Landschap, samengesteld door H+N+S medeoprichter Dirk Sijmons, is daar een sprekend voorbeeld van. De titel van dat boek is niet alleen een truc om vooraan in het alfabet te komen, maar dient vooral gelezen te worden als antwoord op de naam van de uitgever: Architectura & Natura. Het vormgeven aan ‘Stad en Land’ doen wij vanuit een positief-kritische ontwerphouding (‘het moet anders, het kan beter’) op verschillende plekken: van de stad, via de stadsrand tot diep in het landelijk gebied.

Een maakbaar landschap?

Nederland wordt nationaal en internationaal gezien als ‘maakbaar land’, een gemaakt kunst(mat)ig landschap. Al sinds de 10e eeuw is ons land hierdoor geheel naar eigen hand gezet, door op grote schaal de van oorsprong ‘woeste gronden’ in cultuur te brengen, of het nu gaat om de hoge zandgronden of juist de ontwatering en afgraving van de veengronden. Het ontwateren met kanalen en bedijken leidde tot beroemde polders die deels nu zelfs beschermd landschap zijn.

Schilderij van het de ontginning van de woeste gronden - verveners graven een kanaal (Tekening: Jannes Tideman, Collectie Groningen Archieven (1468-149/1)).

We worden echter steeds vaker geconfronteerd met de grenzen van het natuurlijke systeem dat vanwege onze landinrichting in een keurslijf is gedwongen. De keerzijde van de ontwateringsmachine van de hoge zandgronden bijvoorbeeld wordt steeds duidelijker in tijden van langdurige droogte wanneer het afgevoerde water juist boven in het systeem gemist wordt. En ook de keerzijde van de diepe polders wordt steeds zichtbaarder, met problemen als verzilting bijvoorbeeld, met gevolgen voor de natuur en de landbouw.

Natuur en landschap staan mede door de klimaatverandering onder steeds hogeredruk en komen meer en meer in conflict met de maakbaarheidsgedachte. Voorbeelden daarvan zijn bijvoorbeeld de recente overstromingen in Limburg, of snelwegen die na een piekbui onder water staan. Naast de toenemende wateroverlast in de steden en dorpen is er juist ook toenemende droogte die landbouw en biodiversiteit in de zomer kwetsbaar maken. Uit deze voorbeelden blijkt dat de landschappelijke ondergrond en het natuurlijke systeem onvoldoende zijn meegewogen in de inrichting van Nederland. De maakbaarheid blijkt wat te ver doorgeschoten.

Afbeelding A2 die onder water staat (fotograaf: John Claessens)

Tegelijkertijd zien we de ruimtevragen toenemen vanuit diverse sectoren terwijl de beschikbare ruimte in ons land gelijk blijft. In zekere zin is heel Nederland al verstedelijkt – van echte ‘wildernis’ of ongerepte gebieden is al heel lang geen sprake meer. De gevolgen van de ruimte- en functiestrijd is steeds duidelijker merkbaar en raakt steeds meer mensen. Denk aan ons overbelaste energiesysteem waardoor nieuwbouwwijken of nieuwe bedrijven niet kunnen worden aangesloten, of een (dreigend) tekort aan drinkwater, een tekort aan woningen voor starters, het oppervlaktewater dat niet aan de Europese Kaderrichtlijn Water voldoet, en een groeiende weerstand van omwonenden tegen het gebruik van gewasbestrijdingsmiddelen door agrariërs.

Duurzame gebiedsontwikkeling die rekening houdt met het natuurlijk systeem is geen luxe maar een absolute noodzaak om ‘stad en land’ leefbaar te houden voor mens, flora en fauna. Het recent breed omarmde adagium ‘bodem en water sturend’ past hier naadloos in. Of beter geformuleerd: ‘start met bodem en water, de rest komt later’.

Zoeken naar een wenkend perspectief: waar schuurt en waar spoort het…

Het landschap als basis nemen voor ons denken en handelen, zoals ‘bodem en water sturend’, is iets dat H+N+S al sinds haar oprichting in 1990 in haar ontwerpen doet. Ons bureau werkt al ruim drie decennia aan het toekomstbestendig maken van Nederland door functies te verknopen en te stapelen. Rood en groen zijn niet langer tegenstellingen maar kunnen elkaar juist versterken. We onderzoeken in onze ontwerpen waar belangen ‘schuren’ om in plaats daarvan juist te zoeken naar integrale oplossingen waar zaken elkaar versterken, ofwel ‘waar het spoort’, en waar meekoppelkansen liggen. Zo bouwen we mee aan een land dat steeds slimmer is georganiseerd en robuuster is en daarmee beter weerbaar is voor veranderingen in bijvoorbeeld klimaat.

De grote uitdagingen en maatschappelijke opgaven van deze tijd vragen om een positief-kritische en bovenal creatieve ontwerphouding om de schier onverenigbare tegenstellingen te kunnen overbruggen. Hieronder volgen drie werklijnen waarbinnen H+N+S de afgelopen 35 jaar met passie heeft gewerkt aan een wenkend perspectief voor stad en land – op volgorde van stad naar land:

  1. Leefbare stad voor mens, plant en dier
  2. Dynamiek in de stadsranden
  3. Nieuwe perspectieven voor een duurzaam buitengebied

De werklijnen worden hierna elk apart toegelicht aan de hand van een reeks projecten. Ze tonen de zoektocht naar een goede balans tussen het natuurlijke systeem en de menselijke ingreep (de cultuurdaad) – verstedelijking in vele vormen.

1. Leefbare stad voor mens, plant en dier

Wanneer de opgave complex en urgent is, wordt de vraag voor H+N+S’ers juist interessant. We houden van een uitdaging. Opgaven als wateroverlast, hittestress, biodiversiteitsverlies en het woningtekort zijn in de stad vaak nijpender dan elders. In de stad is het nodig om breed naar de uitdagingen van nu en de toekomst te kijken. Door een holistische aanpak pogen we bijzondere, identiteitsvolle stedenbouw te creëren die uniek is voor de locatie. Een vorm van stedenbouw die niet alleen ruimte biedt voor de mens maar ook expliciet voor specifieke flora en fauna. Wij werken vanuit onze brede, allesomvattende aanpak vrijwel altijd samen met specialisten, experts op hun terrein zoals cultuurhistorici/erfgoedspecialisten, (stads)ecologen, waterhuishoudkundigen/hydrologen, bodemkundigen, beplantingsdeskundigen, enz. Zo leren we elke dag en scherpen we onze holistische blik verder aan, wordt deze verder verbreed en kunnen echt diepgang in onze plannen ontwikkelen.

Van Abbe Museum

H+N+S ziet in de stad de oplossing in het beter verbinden van stad en land, ruimtelijk maar ook in cultureel opzicht. De identiteit van een stad leunt in veel gevallen op de landschappelijke ondergrond en historische structuur. In ons ontwerp voor de inrichting van de buitenruimte van het Van Abbe Museum was de landschappelijke ondergrond bijvoorbeeld leidend voor de inrichting ten tijde van de uitbreiding. Het nieuwe museumdeel werd daarom niet aan, maar in de Dommel gepositioneerd, in een natuurlijke omgeving, om tegelijkertijd de Dommel meer ruimte te geven, ecologische oevers toe te voegen en een vistrap te realiseren. Het water is tot in het hart van het museum beleefbaar doordat het museumcafé aan het water ligt.

Foto van Abbe Museum aan het water

Natuurinclusief Rotterdam

Deze insteek werkt op alle schaalniveaus. Voor de gemeente Rotterdam heeft H+N+S onlangs de leidraad Natuurinclusief Rotterdam ontwikkeld, met als doel de stad voor de natuur te verbeteren én deze ecologisch beter te verbinden met het land. Door de hoofdgroenstructuur van de stad zo veel mogelijk in te richten als een aaneengesloten natuurverbinding wordt de stad beter ‘doorgaanbaar’ voor insecten, kleine zoogdieren en vogels. De leidraad vormt een instrument voor stadsplanners en ontwikkelaars ter ondersteuning van de planvorming. Tegelijkertijd is het ook bedoeld om concrete handvatten te bieden aan inwoners die zelf aan de slag willen gaan met kleine maatregelen. Zo wordt Rotterdam stap voor stap natuurinclusiever en kan per plek de juiste maatregel worden genomen voor de juiste (doel)soort. Zo komen bottom-up en top-down samen.

Animatie door H+N+S Landschapsarchitecten

Dorpsuitbreiding Grou

Voor het voormalige fabrieksterrein Halbertsma nabij het centrum van Grou ontwerpt H+N+S samen met De Zwarte Hond een autoluwe dorpse inbreiding. Grou is een van dé watersportdorpen van Friesland en dus speelt water een belangrijke rol in de wijk - hier komt niet de auto, maar de boot voor de deur te liggen. Het overgrote deel van de auto’s wordt aan de rand van de wijk geparkeerd onder een dak van zonnepanelen. Regenwater wordt zoveel mogelijk geïnfiltreerd in de bodem of afgewaterd richting het boezemwater van Friesland.

Video plantoelichting stedenbouwkundige plan Have Halbertsma in Grou (Animatie door H+N+S Landschapsarchitecten)

Wagenwerkplaats

Ook heel dicht bij huis werkt H+N+S aan een leefbare stad. Zo maakte H+N+S samen met IMOSS het masterplan voor de vernieuwing van de Wagenwerkplaats in Amersfoort, de thuishaven van zowel H+N+S Landschapsarchitecten als bureau IMOSS. In het plan is een autoluwe openbare ruimte voorzien waarbinnen diverse landschappelijke zones (‘groene vizieren’) zijn opgenomen met ruimte voor natuur, ontmoeting én waterberging - maar waar ook het industriële erfgoed van de voormalige NS-werkplaats geëtaleerd wordt.

Masterplankaart Wagenwerkplaats

Over de grens

Ook buiten Nederland werkt H+N+S aan het leefbaarder maken en verduurzamen van de stad, vaak in relatie tot infrastructuurprojecten. In Antwerpen (BE) worden de wijken Kiel en Brederode in de toekomst klimaatbestendig gemaakt door de verkeerskundige ‘spaghetti-knoop’ van de Ring Zuid te ontrafelen en deels te overkappen, zodat er aan de rand van het historische stadscentrum ruimte ontstaat voor verkoelende parken die water vasthouden. Barrières tussen de parken worden weggenomen zodat er robuuste verbindingen ontstaan en de stad behalve recreatief ook in ecologisch opzicht veel beter doorkruisbaar wordt voor (kleine) zoogdieren waaronder de egel, vos en marter. De Schelde brengt via de ‘klimaatstraten’ de nodige verkoeling in de stad, waarmee de leefbaarheid wordt vergroot – ook tijdens zeer warme perioden. De infrastructuurring wordt zo getransformeerd tot Ringpark Antwerpen.

In Leuven (BE) is door ons met Park Belle Vue een prijswinnend park gerealiseerd door de autoweg en het spoor te bundelen. Zo ontstond er ruimte voor een openbaar stadspark, een fietsroute de stad uit, en een luwe woonstraat met tuintjes erlangs.

En in de stad Wervik (BE) is de woningbouwopgave aangegrepen om een stuk collectief groen voor de stad te realiseren, iets wat in het dorp werd gemist. Met daarbij ruimte voor waterberging in de vorm van wadi’s en kruidenrijk grasland voor verbetering van de stadsnatuur.

Luchtfoto Park Belle Vue

2. Dynamiek in de stadsranden

De overgangen van de stad naar het buitengebied, de stadsranden, zijn vaak ingewikkelde maar ook heel interessantste plekken om vorm te geven aan verduurzamingsopgaven. De stadsranden blijken vaak de hoogste biodiversiteit te huisvesten van de stad, wat grote kansen biedt bij ontwikkelingen en projecten. En er is vaak meer ruimte beschikbaar dan in het hart van de stad zodat er ruimte is om grotere stedelijke opgaven ‘op te lossen’. Dit leidt wel tot veel ruimteclaims die op elkaar afgestemd moeten worden.

Daarnaast is de stadsrand de plek waar het vormgeven aan stad-land relaties en het verbeteren van de stad-landverbindingen voor het langzaam-verkeer, concreet haar beslag moet krijgen. Een integrale, holistische benadering is hier noodzakelijk om de verschillende opgaven een goede plek te geven en ook aantrekkelijke stadsranden te waarborgen/behouden.

Elburg

Een goed voorbeeld van een plek waar de ruimte op de overgang van stad en land onder druk staat, is het beschermde stadsgezicht van Elburg. Het open landschap botst hier plaatselijk op de historische vestingsmuur en vormt een contrast dat nog maar weinig voorkomt in Nederland. Maar dit open landschap staat ook onder druk. In een heldere gebiedsvisie is uiteengezet hoe op sommige plekken de openheid gekoesterd en beschermd moet worden, om deze kwaliteit te behouden. Op andere plekken, waar deze kwaliteit al niet meer aanwezig is, is juist ruimte voor bepaalde ontwikkelingen, die vervolgens ingezet kunnen worden om de ruimtelijke kwaliteit daar te versterken.

Visiekaart Elburg

Stadslandgoed Nieuwerve

Een ander voorbeeld waar verschillende ruimtelijke en programmatische opgaven bij elkaar komen is Stadslandgoed Nieuwerve aan de rand van Vlissingen, een uitloopgebied voor de stad. H+N+S ontwikkelde hiervoor het integrale masterplan met ruimte voor flexibele bouwkundige ontwikkeling, waterberging, natuurontwikkeling, recreatie en duurzame energieopwekking. Binnen een stevig ontworpen groenblauw raamwerk – een royale groene jas - kunnen de verschillende programmaonderdelen een plek krijgen. Daarmee worden op eerste gezicht tegenstrijdige functies samengebracht en wordt het geheel meer dan de som der delen.

Impressie stadslandgoed Nieuwerve

Waterlandschap Pauwels

Meer focus op het watersysteem is te zien bij Waterlandschap Pauwels bij Tilburg, waar de stad dient als waterbron voor het – verdrogende - omringende land. De stad voorziet het stadsrand-landschap van water terwijl de stadsrand juist weer als uitloopgebied met groene ontspanningsruimte (en bijvoorbeeld ook koelte) dient voor de stad.

Landgoederenzone Rijswijk

Een heel ander type stadsrand is Landgoederenzone Rijswijk, een gebied van 200 hectare met diverse historische parken en gebouwen, die samen een bijzonder ensemble vormen. Toekomstige plannen in dit gebied moeten bijdragen aan de instandhouding en beleefbaar houden van cultuurhistorische waarde van dit bijzondere gebied, en tegelijkertijd richting geven aan de ontwikkeling van dit gebied voor recreatie en natuur.

INTERMEZZO - Landschappelijk wonen

In 2012 werd door ons in samenwerking met FARO architecten en Palmbout urban landscapes op eigen initiatief het boek Landschappelijk Wonen uitgebracht. Dit kloeke boek illustreert 34 voorbeeldprojecten van aantrekkelijke en leerzame ‘groene woningbouw’, variërend van compacte stedelijke woonvormen tot in lage dichtheid in het landschap. Landschappelijk Wonen is een woonvorm met ruimte voor groen en rust waar de bewoner in direct contact staat met het landschap of de natuur. Het boek was zijn tijd ver vooruit. Sindsdien is deze woonvorm steeds populairder geworden. Ook is ondertussen alom bekend geworden dat wonen in een groene omgeving veel voordelen heeft voor zowel de mentale als fysieke gezondheid, (Whitepaper │ Voorkomen is beter dan genezen - Klimaatadaptatie (klimaatadaptatienederland.nl). Het verklaart onder meer de recente opkomst van de 3-30-300 regel. Deze breed geadopteerde vuistregel bepleit dat er vanuit elke woning minimaal drie bomen te zien zijn, dat ten minste 30% van de wijk in de schaduw van een boom valt en dat er vanuit elke woning op maximaal 300 meter afstand een verkoelend parkje is.

Landschappelijk wonen 2.0

Ondertussen werken we aan de voorbereiding van een opvolger van dit boek: Landschappelijk wonen 2.0, wat de oogst sinds deel 1 gaat tonen. De nieuwe voorbeelden tonen hoe de huidige ruimtelijke uitdagingen het hoofd geboden kunnen worden en toch ook leiden tot aantrekkelijke, prettige en duurzame woonmilieus. Hierbij wordt nadrukkelijk breder gekeken dan in deel 1: er wordt onderzocht hoe de woningbouwopgave bijdraagt aan opgaves als biodiversiteitsherstel, natuurinclusiviteit, duurzaam waterbeheer en klimaatadaptatie. En er wordt gekeken naar beleidsconcepten als ‘bodem en water sturend’, ‘inclusiviteit’ en ‘betaalbaar wonen’.

Combineren van opgaven

Dit combineren van urgente, landelijke opgaven komt in meer onderzoeksprojecten naar voren zoals Bos en Wonen, waar de bosopgave en woningopgave worden gecombineerd op verschillende schaalniveaus. Ook bij het project Landlink wordt een brede, integrale manier van ontwikkelen bepleit. De woningbouwopgave wordt hier ingezet als katalysator voor een brede transitie die landschap, milieu en sociale verbondenheid ten goede komt.

Voor de gemeente Almere onderzochten wij de ontwikkeling van het ‘Woonlandschap Oosterwold’. In Oosterwold ligt het initiatief bij de bewoners zelf, waar zij niet alleen hun eigen huizen bouwen maar ook samen aan een (collectief) landschap. Ons onderzoek laat zien dat dit niet vanzelf goed gaat, en dat voor doorlopende structuren voor mens, plant en dier het eigen initiatief overstijgende planning en samenwerking nodig is.

In de praktijk brengen

We onderzoeken niet alleen nieuwe concepten van ‘landschappelijk wonen’. We testen het ook in projecten en in de praktijk, vaak in samenwerking met de stedenbouwkundigen van Palmbout urban landscapes, die onze fascinatie voor dit thema delen. Daaruit zijn verschillende woningbouwplannen voortgekomen op de overgang van stad en land, zoals het gerealiseerde plan Zevenaar-Oost of de meer recente studies voor Scharwoude Oost-West en de Visie Schagen Oost. Hierbij wordt de woningbouw steeds gezien als aanjager voor investeringen in de ontwikkeling van landschappelijke kwaliteiten als nieuwe natuur, waterberging, groenblauwe dooradering en recreatiemogelijkheden.

Visie Schagen Oost

3. Perspectieven voor een duurzaam buitengebied

In het buitengebied ligt de focus meer dan in de stad op duurzaam landgebruik, waarbij de landbouwtransitie en zorgvuldig waterbeheer een grote rol spelen. Hier komt de beleidsopgave ‘bodem en water sturend’ sterk naar voren. Niet meer vechten tegen, maar meer ‘meebewegen met’ en waar mogelijk zelfs herstellen van het natuurlijk systeem.

Toekomstperspectief Heuvelrug, Gooi en Vechtstreek

Het door ons opgestelde Toekomstperspectief voor de Heuvelrug, Gooi en Vechtstreek is hiervan een goed voorbeeld. In deze studie wordt gepleit om de inrichting en de functies in het gebied beter af te stemmen op de natuurlijke eigenschappen van het bodem- en watersysteem. Dit kan een belangrijke bijdrage leveren aan het voorkomen van wateroverlast én droogte. Het toekomstperspectief werd opgenomen in het Jaarboek Stedenbouw en Landschapsarchitectuur dat jaarlijks de meest voorbeeldstellende plannen bundelt.

Toekomstbeeld Heuvelrug, Gooi en Vechtstreek

Eeuwige Bron

In het plan voor de Eeuwige Bron tonen we hoe een nieuw type drinkwaterlandschap een verbindende oplossing kan zijn voor de droogte uitdagingen op de hoge zandgronden, waarbij zowel de drinkwaterwinning, de natuur als de landbouw profiteert van het vasthouden en schoonhouden van het neerslagoverschot in een gebied. Met het in opdracht van drinkwaterbedrijf Vitens ontwikkelde concept voor De Eeuwige Bron won H+N+S in 2019/2020 de 11e EO Weijersprijsvraag ‘Verrukkelijk landschap’.

Toekomstperspectief Eeuwige Bron

Boerderij de eenzaamheid

Ook op kleinere schaal testen we onze ideeën uit, bijvoorbeeld op het gebied van de landbouwtransitie. Zo helpen we de agrariër van Boerderij de Eenzaamheid in de Zwanburgerpolder met het maken van de transitie naar een meer regeneratief bedrijf, met aandacht voor bodem en water, voor natuur en milieu. Op Boerderij de Eenzaamheid wordt geëxperimenteerd met nieuwe productiemethoden en businessmodellen, maar wordt ook heel hands-on verschillende manieren beproefd om de ongewenste bodemdaling tegen te gaan.

Hegewarren

Ook in de veengebieden van Friesland is een transitie nodig. De bodem en grondwaterstand dalen met name als gevolg van het intensieve landbouwkundig gebruik, waardoor veenoxidatie optreedt en veel CO2 vrijkomt – een steeds verdergaand proces. Een ander gebruiks- en beheersperspectief is nodig om deze ontwikkeling te keren. Soms vergt dit (meer of minder) draconische maatregelen om de problemen echt aan te pakken, zoals te zien is in ons plan voor de Hegewarren, een gebied van 400ha in het Lage Midden van Friesland.

Alternatief Polderaquarel
Alternatief Open en Natuurlijk

Natuurlijk stuiten deze projecten – groot of klein - soms op verzet bij de betrokken partijen. Verandering is lastig, zeker niet altijd leuk voor de direct betrokkenen, maar desondanks nodig - zeker als we ver vooruitkijken, wat onze taak is als ruimtelijk ontwerpers. Het voorsorteren op de lange termijn en het werken aan een schone, gezonde en veilige leefomgeving voor de volgende generaties vraagt soms om harde keuzes, in het algemeen belang.

Een nieuwe manier van bouwen en inrichten is onvermijdelijk om de toekomst met vertrouwen tegemoet te gaan. Wij blijven ons inzetten voor een robuust en toekomstbestendig land. We sleutelen vanuit dit besef ook de komende jaren onverminderd door aan ‘stad en land’.