Natuur + Regenwater

Water vasthouden en vertragen in het Geuldal

Het grensoverschrijdende watersysteem van de rivier de Geul in Zuid-Limburg en Wallonië is in de loop der tijd steeds meer ingericht op het snel afvoeren van regenwater. In de zomer van 2021 bleek hoezeer deze aanpak wateroverlast en overstromingen in de hand werkt. Maatregelen waarbij de natuur wordt ingezet om het water te vertragen en daarmee geleidelijker door het landschap te laten bewegen kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het voorkomen van wateroverlast én droogte. Meer natuur op strategische plekken kan de sponswerking van het landschap versterken, waardoor het watersysteem minder snel overbelast raakt. H+N+S Landschapsarchitecten heeft voor het Geuldal uitgewerkt wáár en hóe deze maatregelen het beste in het landschap kunnen worden ingepast.

Doel

Na het zomerhoogwater van 2021, waarbij grote delen van het Geuldal zijn overstroomd, is de coalitie van natuurorganisaties ‘Natuurkracht’ opgericht. Deze zet zich in voor het ontwikkelen van natuurlijke maatregelen tegen overstroming, wateroverlast en droogte. Natuurkracht heeft aan H+N+S Landschapsarchitecten gevraagd om ontwerpend onderzoek te doen naar natuurlijke maatregelen die bijdragen aan het vasthouden en vertragen van water in het stroomgebied van de Geul. De impact van de natuurlijke maatregelen op de afstroming van regenwater zijn gemodelleerd door Bureau Stroming. Het laat zich lezen als een handboek ‘Natuurlijk Waterbeheer’. Voor overheden, grondeigenaren, bedrijven, inwoners en ontwerpers beantwoordt het rapport de vraag welke maatregelen waar in het Geuldal kunnen worden toegepast én wat dat oplevert.

Overstroming in Wijlre tijdens de hoogwatergolf van juli 2021
Hoe zouden we natuur kunnen inzetten tegen wateroverlast en droogte?

Visie

In deze studie wordt het watersysteem opgevat als een reis door het landschap, bestaande uit verschillende stadia waarin wisselende strategieën kunnen worden ingezet om deze reis te vertragen, waarbij het water:

  1. wordt onderschept door de vegetatie,
  2. wegzijgt in de bodem,
  3. het ondergronds afstroomt door de bodem,
  4. wordt opgevangen als het toch oppervlakkig afstroomt,
  5. wordt verspreid wanneer het zich concentreert in geulen, holle wegen en droogdalen,
  6. uiteindelijk de beek bereikt en de stroming daar wordt afgeremd.
De reis van de regendruppel kan worden vertraagd in elk van deze zes stadia.

In elk van deze zes fases kan het water door de natuur worden vertraagd. Zo komt het water minder snel in het oppervlaktewatersysteem terecht, en wordt het gebied beter bestand gemaakt tegen zowel piekbuien als langdurige droogte in een veranderend klimaat.

Uitwerking

De reis van de regendruppel volgt het landschap van boven naar beneden. Het heeft daarmee betrekking op specifieke delen van het landschap. Allereerst de plateaus en hun randen bovenin het stroomgebied, met daaronder de steile en flauwere hellingen, welke veelal zijn doorsneden door droogdalen. Daarnaast de haarvaten ofwel de koppen van het bekenstelsel met daaronder de boven- en benedenlopen van beken. En tot slot de menselijk artefacten: de verharde wegen en steden. Voor elk van deze landschappelijke zones zijn maatregelen uitgewerkt om het regenwater te vertragen met natuurlijke oplossingen.

Huidige situatie: regenwater stroomt af over akkers en productiegraslanden.
Nieuwe situatie met maatregel: infiltratiesingels op akkerranden en productiegraslanden onderscheppen en herinfiltreren afstromend regenwater.

Maatregelen op de hellingen

1. Bosontwikkeling langs de plateaurand om de regendruppels te onderscheppen
2. Akkers omzetten naar natuurlijk grasland op steile hellingen om oppervlakkige afstroming af te remmen en infiltratie te bevorderen
3. Ontwikkelen van infiltratiestroken langs akkerranden en productiegraslanden om het oppervlakkig afstromende water op te vangen en weer te laten infiltreren
4. Verwijderen van ondergrondse drainage en extensivering landgebruik om water beter vast te houden in de bodem


Maatregelen in de beekdalen

5. Vergroten van de sponswerking van de bodem door het dempen van bovenstrooms van beken gegraven drainagegeulen en het ontwikkelen van doorstroommoeras
6. Water in smalle bovenstroomse beken vertragen door verondiepen beekbodem, ontwikkelen beverbiotoop, dood hout en hermeanderen
7. Ruimte reserveren in brede, benedenstroomse beekdalen voor meandering en verruwen van overstromingsvlakte waardoor deze beter wordt benut als stromende berging


Maatregelen t.a.v. verharde oppervlakten

8. Water van verharde wegen afleiden en laten infiltreren
9. Water uit holle wegen wegleiden en vertragen
10. De infiltratiecapaciteit in stedelijk gebied vergroten door ontharden en vergroenen

Huidige situatie: water stroomt af over holle wegen naar de beek
Nieuwe situatie met maatregel: afstromend regenwater wordt van de holle wegen afgeleid naar naastgelegen velden

Vervolg

Het ontwerpend onderzoek biedt een toepassingsgerichte set van natuurlijke maatregelen, die zeker een belangrijke rol kunnen spelen in de transitie naar een veerkrachtig landschap, maar deze zullen niet de enige oplossing bieden. Het pleit voor een brede aanpak, waarbij verschillende belanghebbenden zoals perceeleigenaren en boeren betrokken worden. Zo'n integraal proces is essentieel voor duurzame oplossingen met draagkracht. Daarmee is het rapport een uitnodiging om aan de slag te gaan in (nieuwe) natuurgebieden, op landbouwgrond en in stedelijke gebieden.

Overzichtskaart die aangeeft waar in het gebied elke maatregel zou kunnen worden toegepast.