Aanleiding
Zwolle heeft een kwetsbare ligging, de IJssel en de Vecht wateren aan weerszijden van Zwolle af in het IJsselmeer en dwars door de stad stromen de weteringen. De primaire en regionale watersystemen komen hier bij elkaar en onder extreme omstandigheden kunnen de waterpeilen fors stijgen. Als het veel en lang regent krijgen de Vecht en de Weteringen immers veel water te verwerken. Dit moet allemaal westwaarts worden afgevoerd, naar het IJsselmeer. Als er tegelijkertijd ook een noordwesterstorm optreedt, stuwt het water van het IJsselmeer op richting Zwolle. De kering bij Ramspol wordt in dat geval gesloten. De Vecht en de weteringen kunnen hun water dan nog steeds kwijt op het Zwarte Water, maar de waterstanden stijgen. De keersluis bij Zwolle vormt het sluitstuk van Dijkring 53. De sluis beschermt de stad tegen hoogwater op de Vecht en het Zwarte Water. De keersluis kan momenteel niet gesloten worden, vanwege de blijvende afvoer vanuit het regionale watersysteem via de weteringen. De stad blíjft daardoor in open verbinding staan met het buitenwater.