Groene + Boog

Landschappelijke inpassing A16 Rotterdam

Met een tunnel onder de Rotte en het Lage Bergse Bos door, kilometers lange groene grondwallen, geluidsschermen en extra geluiddempend asfalt wordt er veel aan gedaan de A16 Rotterdam zo goed mogelijk in te passen. De Groene Boog is een uitbreiding van de ringweg van Rotterdam (de Rotterdamse Ruit) en ontlast het Rotterdamse deel van de A20 tussen Knooppunten Terbregseplein en Kleinpolderplein.

Aanleiding

De A16 Rotterdam wordt in opdracht van Rijkswaterstaat ontworpen en aangelegd door De Groene Boog, een combinatie van bouwers BESIX, Dura Vermeer, Van Oord en TBI. Het ontwerpteam dat verantwoordelijk is voor de ruimtelijke kwaliteit van de inpassing en vormgeving bestaat uit Quist Wintermans Architecten (architect van de kunstwerken), H+N+S Landschapsarchitecten en Trafique – ontwerpers van landschap en leefomgeving.

Het project

De nieuwe rijksweg aan de noordoost-rand van Rotterdam moet zorgen voor ontlasting van de A20 en de A13 die dwars door stedelijk gebied leiden en in de toekomst kunnen worden teruggebracht. De bestaande A13 en de N209 bij Rotterdam The Hague Airport en het Terbregseplein worden aangepast en aangesloten op de nieuwe rijksweg. Ook komen er aansluitingen op het onderliggend wegennet bij de N471 en de Ankie Verbeek-Ohrlaan richting Rotterdam en Lansingerland.

Op allerlei manieren wordt geprobeerd de A16 Rotterdam zo goed mogelijk in te passen

Visie

Bijzonderheden

Het meest ingewikkelde deelproject is de tunnel onder de Rotte door, die als landtunnel verder door het Lage Bergse Bos loopt. De tunnel wordt groen ingericht, als onderdeel van de parkomgeving. Om geluidshinder te beperken wordt op de nieuwe A16 extra geluiddempend asfalt (tweelaags zoab fijn) gebruikt. Ook komen er vele en hoge (soms ook groene) geluidsschermen en groen afgewerkte grondwallen.

Energieneutraal

Daarnaast wordt de A16 Rotterdam een energieneutrale snelweg: de voor de exploitatie benodigde energie wordt in het projectgebied opgewekt met zorgvuldig ingepaste zonnevelden, die tevens dienen als infiltratievelden. Tussen de zonnepanelen is voldoende ruimte gelaten, zodat hemelwater en zonlicht het maaiveld onder de zonnepanelen bereikt waardoor het bloemrijk grasmengsel tot goede ontwikkeling komt.

Ingang van de landtunnel, (c) Luuk Kramer
Principe zonnevelden
doorsnedes van de landtunnel bij het Lage Bergse Bos

Uitwerking

Kwaliteit

Er is veel aandacht voor de ruimtelijke kwaliteit en de inpassing van de weg in het landschap. Hierbij is doorgewerkt op de eerder door Feddes/Olthof opgestelde landschapsvisie. Dit plan is door ons verder uitgewerkt in een VO en DO. De uitwerking in de UO’s (uitvoeringsontwerpen) is door ons samen met Quist Wintermans Architekten begeleid, als ‘geweten’ van het project.

Q-team

Er is veel tijd besteed aan een goede aansluiting op de aangrenzende gebieden zoals Terbregseveld, Vlinderstrik en Lage Bergse Bos, die door verschillende gebiedspartijen ingericht worden en met elkaar worden verbonden met fiets- en wandelpaden. Als kwaliteitsslot op de deur kijkt tijdens de gehele planvorming een Q-team mee, met vertegenwoordigers van de gemeente Rotterdam, de provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit (PARK) van de provincie Zuid-Holland en de rijksadviseur voor infrastructuur van het Atelier Rijksbouwmeester.

Resultaat

Recreaduct

De barrièrewerking van De A16 Rotterdam wordt zoveel mogelijk gemitigeerd door het onderliggend wegennet en bestaande fiets- en wandelroutes opnieuw te verbinden en waar mogelijk te verbeteren. Ter hoogte van het Schiebroeksepark is een nieuwe fietsbrug over de Rijksweg gerealiseerd met brede groenstroken, waar de fiets- en faunaverbinding zijn gecombineerd: het zogenaamde ‘recreaduct’.

Recreaduct - nieuwe fietsbrug met brede groenstroken

Faunavoorzieningen

Aanwezige soorten en bestaande migratieroutes zijn door ons samen met een ecoloog in beeld gebracht en op basis hiervan zijn diverse faunapassages ontworpen. De faunapassages bestaan uit afgeschermde zones onder viaducten met stenen, droogloopstroken onder bruggen (of opgenomen in duikers) of verbindingen met hogere bomen voor vleermuizen. Op sommige plekken zijn oude viaducten gebruikt als faunapassage door deze te voorzien van grond en beplanting.

Zandranden

Bij De Groene Boog zijn speciale zandranden aangelegd voor deze insecten. Deze oplossing is eerder bedacht voor het project ViA15. Met leemhoudend zand op het zuiden georiënteerd bieden de randen perfecte broedplaatsen voor gravende insecten. De randen zijn aangelegd als steile taluds die na verloop van tijd wat zullen afkalven. Rond de randen zijn bloeiende bomen geplant en bloemrijke mengsels ingezaaid. Samen vormt dit een soort ‘bed & breakfast’ voor verschillende soorten insecten. De randen zijn op twee locaties aangelegd en hebben een lengte van ruim honderd meter. De hoogte van de randen verloopt van 0 tot 0,75 meter respectievelijk van 0 tot 1,25 meter.

Zandrand voor insecten (zandbijen/zandhommel)